zaterdag 27 augustus 2011

Goede wind!


27 aug. Er is altijd wel wat
We hadden de weerberichten goed bestudeerd en vandaag zou de wind NW 3 zijn, perfect zou je denken.
Toen de wekker echter om 7 uur ging, regende het en er stond geen wind.
Later vertrekken was geen optie, want we moesten wel stroom naar buiten hebben om weg te komen van Holy Island. Dus toch maar vertrokken met 2 motoren aan.
Er stonden nu best wel golven bij de uitgang, ondanks dat er geen wind stond. Gelukkig kwam er buiten wel de goede NW wind en de regen nam geleidelijk af.
Tot de Farne eilanden lieten we nog wel 1 motor draaien, want er stond wel 3 knoop stroom tegen daar. En met ruime wind hadden we met de zeilen alleen niet veel snelheid.
Daarna werd het halve wind en ging het prima. Mooi vlak water onder hoge wal. De kust is ook mooi, al is het wat nevelig, voor kastelen is dat wel passend.
Wat ook niet helemaal leuk was, was het feit dat de zee hier een soort ballenbak is, zoveel kreeftenkooien liggen er. We moesten met de hand sturen om ze te ontwijken en zelfs zo kwamen we een keer vast te zitten. Ronald kreeg de boei met de pikhaak wel vrij vlot onder het roer vandaan, maar toen bleef de pikhaak nog aan de boei hangen. We hebben met z’n tweeën geprobeerd de boot naar de boei toe te trekken, maar de zeilen hadden te veel kracht, we moesten de pikhaak helaas laten glippen.
De aankomst bij Blyth was prima. We hebben hier nog wat andere herinneringen aan. 20 jaar geleden voeren de kinderen en ik met Ronald mee op een vrachtschip. We voeren hier met storm uit het oosten weg en het schip begon zo te rollen dat de kinderen op de vloer van de brug vielen en op hun knieën telkens heen en weer geschoven werden. Nu was de zee gelukkig rustig.

vrijdag 26 augustus 2011

Holy Island 2


25 aug.
Er is heel veel te zien op het eiland. s'Avond maakten we nog een wandeling, om het kasteel dat op een hoge rots gebouwd is. Oorspronkelijk een oud fort, maar honderd jaar geleden verbouwd tot vakantiehuis voor de oprichter van het tijdschrift  Country Life.
Aan het strand, aan de voet van het kasteel is ook nog een enorm complex van kalkovens.

26 aug. Een religieuze dag
We bekeken eerst het klooster en de St. Mary’s church.
In de kerk was een prachtig houten beeld van de monniken die het lichaam van St. Cuthbert naar een ander graf brengen na de Viking berovingen.
Het eiland nog steeds een plek voor pelgrims.
Het handgeschreven boek de Lindisfarne Gospels, door monniken helemaal versierd met prachtige afbeeldingen, is inspiratie tot veel geduld werk.
In de kerk liggen grote vloerkleden en ontelbare knielkussens, helemaal geborduurd met de oude motieven.
Ook in het informatie centrum is  geweldig handwerk te zien, o.a. een enorme quilt met dezelfde motieven.
Het informatie centrum is fantastisch, met films, computers met programma’s over o.a. het maken van perkament en pigmenten en je kon virtueel het hele boek door bladeren. Kinderen konden ook van alles doen.
Ook kon je via een computer vragen stellen aan oude eilanders.

donderdag 25 augustus 2011

Holy Island


25 aug. Holy Island of Lindisfarne
We werden wakker met een beetje regen en donkere wolken  en gingen met regenpakken en dikke truien de wal op.
Holy Island heet zo omdat hier een heel oud klooster is. Van hieruit werd het vaste land gekerstend. St Cuthbert woonde er. Het was ook de eerste plek die door Vikingen werd beroofd.
Holy Island is eigenlijk alleen met hoog water een eiland. Met laagwater kun je er met de auto heen rijden. We liepen naar de doorwaadbare plaats.
Het was daar een hele drukte met mensen die allemaal wachtten tot de weg onder water zou komen. Inderdaad een leuk gezicht. Met doodtij misschien niet zo spectaculair als met springtij, maar met een zonnetje erbij wel gezellig.
We moesten daarna weer een heel eind teruglopen en kregen het erg warm. Het is wel heel een mooi gebied, lijkt erg op de Waddeneilanden, ook de drukte begint er op te lijken.

van Berwick naar Holy Island


24 aug. Langs de Tweed
De ochtend begon mistig en we deden eerst wat noodzakelijk werk zoals vuilnis weg brengen en water halen in de vissershaven. We hebben nog nooit zo’n ongezellige haven gezien, we zijn blij dat we voor anker liggen.
Daarna wandelden we langs de rivier de Tweed. Eerst onder de middeleeuwse brug door.
Daarna onder de spoorbrug van Stevenson. Overal staan borden met uitleg. De bouw van de spoorbrug was moeilijk, er moest in de rivier geheid worden voor genoeg steun voor de pijlers.
We kwamen uiteindelijk op een mooi bospad met beukenbomen. De stad is gelukkig zo klein dat je zo de stad uitloopt.
’s Middags twijfelden of we uit zouden varen of nog een nachtje blijven.
De havenmeester kwam echter langs met de mededeling dat de zalmvissers graag wilden vissen op de plek waar we lagen. De wind was oost 4 en we lagen al niet zo heel lekker meer met stroom tegen wind, dus na de thee meteen maar weg.
De rivier monding was geen pretje met stroom tegen wind, maar de motoren deden het gelukkig goed. We maakten op alleen de fok eerst een slag de kust uit naar het noord oosten. We dachten veel tijd te hebben voor 10 mijl naar Holy Island. We konden daar alleen met de kentering naar binnen volgens de pilot, en dat was ’s avonds om 7 uur.
Maar het ging wel erg langzaam met alleen de fok, toch maar een gereefd grootzeil erbij.
De wind draaide helaas naar zuid oost, weer eens pal tegen en zo werd het nog weer een eind kruisen. We kwamen ook nog een keer vast te zitten aan een bal van een kreeftenkorf, eerst met het  zwaard en toen dat opgehaald was met het roer. We moesten de zeilen strijken om los te komen.
Het was niet te ruig om onderweg eten te koken. Maar we hadden om 18.30 toch wel een beetje genoeg van het zeilen en 
motorden de laatste mijl vlak langs Holy Island, zeilend hadden we nog om een rots partij heen gemoeten. Precies om 7 uur voeren we over de bar, die helemaal geen bar bleek te zijn. De ingang was sowieso veel rustiger dan we verwachtten.
De ankerplaats is mooi en toen er ’s avonds een zonnetje verscheen was het uitzicht op veel huilende zeehonden prachtig.
De zonsondergang zag er wel dramatisch uit.

Berwick upon Tweed


23 aug. Berwick-upon-Tweed
We zijn weer helemaal uitgerust na een rustige nacht en weer klaar voor verkenning van de stad.
De stad blijkt helemaal ommuurd te zijn door stadswallen, voor een deel al uit de Middeleeuwen, maar nog uitgebreid en  in gebruik tot 1963.
De stad die op de grens van Schotland en Engeland ligt, is steeds een legerplaats geweest van de Kings  Own Scottish Borderers, een leger eenheid die heel wat oorlogen gevochten heeft. 
De barakken zijn nu een enorm museum waarin heel veel over al die oorlogen te zien is.
We troffen de Tiki eigenaren weer, die we op Stronsay ontmoet hadden ( zonder boot).  De rivier is niet druk met jachten, omdat hij nogal ondiep is, hij is echter prachtig voor multihulls.
Verder is de stad ook gezellig en mooi, o.a. de  bruggen . De spoorbrug is gebouwd door Stevenson. De spoorlijn verbindt London met Edinburgh.

naar Berwick upon Tweed

22 aug. goede wind waait ’s nachts
Door de windkaarten van Ugrib weten we van uur tot uur wat de wind zal worden. Het was duidelijk dat we ’s nachts moesten varen om de 75 mijl naar Birkwick on Tweed binnen redelijke tijd af te leggen.
We vertrokken uit Stonehaven zodra we weer dreven, om ongeveer 17 uur. Gelukkig ging het goed want er stonden honderden mensen te kijken. Best wel spannend door het gaatje van 8 meter breed. Gelukkig hielden de zwemmers zich even in.
Buiten voeren we eerst even langzaam op de fok om alles op te bergen: landvasten , ballen e.d.
Daarna het dubbelgereefde grootzeil erbij. De wind was nog iets meer zuidwest dan we dachten, dus we begonnen aan de wind en er stonden best ruige golven  door de stroom.
Maar toen we een eindje uit de kust waren konden we koers zuid sturen en iets minder scherp aan de wind. We schoten heel goed op.
’s Nachts waren er nog wel wat geheimzinnige rode lichten. Uiteindelijk bleek dat een heel hoge schoorsteen te zijn, heel  ver weg op de wal, buiten bereik van ons plotterscherm.
Tegen de ochtend minderden we zeil, want we waren er te vroeg. In het donker binnenlopen is geen optie op de rivier met onverlichte tonnen.
Om 7 uur voeren we echter met het laatste beetje van de vloedstroom de rivier op.

We gingen ten anker voor een serie boogbruggen. Er ligt ook een Hinemoa of zoiets ten anker.
We gingen daarna eerst maar eens slapen, met de kachel aan, want alles was behoorlijk vochtig.
Om 11 uur werden we toen gezellig met een zonnetje wakker en was alles weer droog.

’s Middags met laagwater, zagen we mannen met een Seine net bezig.
Toen we dichterbij roeiden konden we goed bekijken hoe ze het net rond roeiden over de rivier en dan naar zich toe roeiden.
Ze vingen echt grote zalmen!
Onze boot kwam een beetje droog te staan met laagwater. Met de bijboot verplaatsten we het anker een stukje, zodat ze hopelijk het volgende tij iets beter ligt. Er wordt stevige oosten wind verwacht.